Incognito fladderend door de stad
valt je grijs weg tegen de tegels
Koeroekoerend houd jij mij
‘s nachts uit mijn slaap
Luizenbak,
hiptrippend op een knobbelpoot
pik je naar alles wat je ziet,
onbezoldigd medewerker van de reiniging,
levend van wat valt, fritesslikker
Kauwgompikker,
klapwiekend met log kabaal
van Waag naar Dam of Dom,
bestook je die mooie pleinen als een B52
met dikke klodders grijs, groen, wit,
Schijtlijster,
jij bent met luchtbuks, vangnet of
met rattenkruid gepeperde maïs niet te pakken
Je soort jongt als konijnen, neukvleugel
Stomme duif,
jij geeft de stad zijn vlerken
Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar
info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.