De pers tornt. Slaperig en laf
tast zij haar dode punt
in machteloze ronden af.
Nog is haar niet gegund
de dolle race van elke nacht,
als zij langs eindeloze banen jacht,
haar duizendvoudig pagina-gezicht
straks in de plooi van mening en bericht.
Zij gromt nerveus. Is het nog niet te laat?
Tot het contact verlossend slaat
in haar metalen flank en zij
sidderend aanzet tot het giert en fluit
en klappertandend zij haar kranten spuit.
Terwijl zij voortraast buig ik mij
over de pagina's. Het is voorbij.
't Is alles even onherroepelijk en pril:
want als de pers draait staat de wereld stil.
Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar
info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.