Stuwmeer

Toen de dam klaar was
begon het water te stijgen.
Kilte ving aan in de berg-
wand. De bomen begrepen
niet hoe zij stikten in wat
hen lief was. Vissen kwamen
te zwemmen in de wijngaard.

Schreeuwend breken mijn kinderen
het gladde watervlak. Ik wil
hen roepen: acht niet de pijn
van tekort, maar vrees de on-
keerbare kracht van teveel, hoor
mij, hoe ik roep, hoe ik keihard zwijg.

Zij maken fonteinen en regenbogen.
Zij lachen en luisteren niet, daar
aan de bovenkant van de diepte,
aan de overkant van de tijd.

Dichter(s): Anna Enquist

Locatie: Coördinaten: (52.35900086037357, 4.866220498085894)

Taal: Nederlands

Datum geplaatst: 2007

Boek: Soldatenliederen (1991)

Opmerkingen of wetenswaardigheden: Aan weerskanten van de stenen balustrade van de duiker achter het voormalige gemaal zijn twee regels van Anna Enquist aangebracht: “aan de bovenkant van de diepte / aan de overkant van de tijd”. Het is vrolijk verwonderlijk dat deze twee regels uit een gedicht dat ‘stuwmeer’ heet hier zijn terecht gekomen. Linguïstisch verwijzen de woorden in het gedicht naar de waterspiegel, de exacte scheiding tussen meer en lucht. In de materiële wereld roepen ze echter associaties op met overbrugging, hoog en droog boven het water.

Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.