Aan eenen jongen visscher

Naar vriendschap zulk een mateloos verlangen

De tekst is gevat in een groot roze marmeren driehoek. De tekst komt uit het gedicht 'Aan eenen jongen visscher' uit 1917, van Jacob Israël de Haan (1881-1924). Het hele gedicht gaat als volgt:

Rozen zijn niet zoo schoon als uwe wangen,
Tulpen niet als uw bloote voeten teer,
En in geen oogen las ik immer meer
Naar vriendschap zulk een mateloos verlangen.

Achter ons was de eeuwigheid van de zee,
Boven ons bleekte grijs de eeuwige lucht,
Aan ‘t eenzaam strand dwaalden alleen wij twee,
Er was geen ander dan het zeegerucht.

Laatste dag samen, ik ging naar mijn Stad.
Gij vaart en vischt tevreden, ik dwaal rond
En vind in stad noch stiller landstreek wijk.

Ik ben zóo moede, ik heb veel liefgehad.
Vergeef mij veel, vraag niet wat ik weerstond
En bid dat ik nooit voor uw schoon bezwijk.

Dichter(s): Jacob Israël de Haan

Locatie: Coördinaten: (52.374367803310676, 4.884576201438904)

Taal: Nederlands

Datum geplaatst: 5 september 1987

Relatie met locatie: De regel staat op het Homomonument, de tekst verwijst naar homoseksualiteit.

Initiatiefnemer: Stichting Homomonument, Bob van Schijndel

Vormgever: Monument: Karin Daan, typografie: Frank Blokland

Boek: Uit: 'Liederen' (1917)

Opmerkingen of wetenswaardigheden: Het monument herdenkt de vervolging van homoseksuelen, wereldwijd. De dichtregel is gevat in een grote roze marmeren driehoek. Deze tekst komt uit het gedicht 'Aan eenen jongen visscher' uit 1917, van de homoseksuele Nederlandse dichter Jacob Israël de Haan.

Meer info: https://www.buitenbeeldinbeeld.nl/Amsterdam_C/Homomonument.htm

Naam invuller: Marianne Selie & Kees Besseling Kabath & Sybrand Boer Iwema

Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.