het meisje bengelt niet, zit recht
in de door de meid gesteven jurk
aan de wanden weerkaatsen
bergen in het water en de spiegel
de visser vist voor eeuwig
de zwaan staart onbewogen
een bootje vaart voorgoed de verte in
wat zou ze graag
in het water spelen, vlinders vangen,
schaterlachen,
stoeien met wat vriendjes en de geit
boven haar hoofd bespreekt men
de schoonheid van het behang
hoe meesterlijk dit uitzicht
vanaf de straat tikken
kinderstemmen tegen het raam
in de kamer met het landschap
zijn de gordijnen dicht
tegen het bleken door de zon
het meisje buigt haar schouders licht
Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar
info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.