Het ochtendlawaai van de vuilniswagens en de
stilte daarna, de stilte, de stilte en dan de
hoorspelgeluiden van een fietsbel en van een voetbal die
tegen de bakstenen muur knalt,
de portieken, de muren van de huizenblokken met
de raamkozijnen, de portieken: je herkent ze maar nauwelijks -
je herkent ze, maar nauwelijks: en wie daar wonen
en wie daar hebben gewoond, achter de golvende muren en
de bakstenen kartelranden, de jaartallen van de
woningbouwverenigingen, de rubbergeur van oude
fietsbanden in rijwielstallingen en de kranten die
door de straten waaien met het nieuws door
de straten met de poorten waardoor je naar de andere
straten kunt.
Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar
info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.