GUP
Alle guppies die ik had
zwemmen nu
in onze kat
Nou ja, waarschijnlijk zijn ze dood.
Hij viste zo,
Met zijn poot.
Er is er maar één die hij miste.
O – omdat hij zich vergiste?
Katje dom en van de tel?
Of zwom die ene veel te snel?
Maakt niet uit,
kan me niet schelen:
liever dan dat hele kluppie
heb ik deze in z’n uppie.
Superguppie in mijn kom.
Er nog zijn –
daar gaat het om.
DINER
Het is bij zessen.
In alle huizen liggen messen,
Vorken lepels bijna klaar.
Je loopt hier maar
en ruikt menuutjes.
Aardappels en sjuutjes,
rijst en kousenband.
De straat als restaurant
met alle soorten eten.
Elk nummer een recept –
kies maar waar je zin in hebt:
waar blijf je staan?
Waar bel je aan?
Je hoeft alleen te weten
Hoe vandaag je ouders heten.
STEEN
Ik heb een steen gevonden
en er zit iets in.
Er leeft iets,
daar vanbinnen,
er broeit iets.
Steen, begin
dan eventjes te gloeien,
hier, voor mij alleen.
Ik zal het niemand zeggen.
Ik heb niemand om me heen.
Want ik ben dicht en stil,
vanbuiten,
maar vanbinnen zit geluid.
Ik ben dus net zo’n steen als jij,
met een geheim.
Het moet eruit.
Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar
info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.