Het liefst heeft zij de bomen met de hoge vijfvingerige bladeren, de brede,
taai dooraderde, slordig ingesneden,
die schaars, verschuivend licht naar haar doorlaten
en lucht in rust en beweging verdelen.
Haar lijf het instrument waarop zij spelen.
Zij roept ze aan met al haar ledematen.
Het stroomt in haar, het waait diep in haar ogen.
Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar
info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.