Hofje van Gratie

Wy stonden eertyds op de Geer,
ses int getal, dogh nu een meer;
op nieuw herbouwd, en hier gebraght
door de twee ovdste vant geslaght.

Dichter(s): Onbekend

Locatie: Van der Mastenstraat 32, Delft, Nederland

Taal: Nederlands

Datum geplaatst: 1660

Opmerkingen of wetenswaardigheden: In 1573 stichtte Pieter Sasbout, raad en burgemeester van Delft, een hofje bestemd voor oudere, kinderloze echtparen. Het bestond uit zes huisjes en lag langs de Korte Geer, aan het andere eind van de oude binnenstad. Een onberijmde gevelsteen meldt daarover: “voor man en vrow / syn deese hofgens / van gratye gemaeckt / tot een ewige fondatye” Voor de uitbreiding van het artilleriemagazijn aan de Geer moesten vijf van de zes huisjes wijken. Daarop kwam het hofje naar de huidige plek. Hier was in 1654 het kruitmagazijn ontploft en had de hele wijk weggevaagd. Die gebeurtenis is de geschiedenis in gegaan als de Delftse donderklap. De gemeente schonk hier de beheerders van het hofje een lap grond voor de herbouw. Daarbij werd het aantal huisjes met één vermeerderd. De twee oudsten uit het vers waren Maria van der Dussen, huisvrouw van Cornelis Graswinckel, en Sophia van der Wiel, weduwe van Andries van Swieten. Zij waren indertijd de regenten van het Hofje van Gratie.

Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.