LXXXIII: Spring

Dip down upon the northern shore,
O sweet new-year delaying long;
Thou doest expectant nature wrong,
Delaying long, delay no more.

What stays thee from the clouded noons,
Thy sweetness from its proper place?
Can trouble live with April days,
Or sadness in the summer moons?

Bring orchis, bring the fox-glove spire,
The little speedwell's darling blue,
Deep tulips dashed with fiery dew,
Laburnums, dropping-wells of fire.

O thou, new-year, delaying long,
Delayest the sorrow in my blood,
That longs to burst a frozen bud,
And flood a fresher throat with song.

Dichter(s): Lord Tennyson

Locatie: Coördinaten: (52.265206, 4.548139)

Taal: Engels

Datum geplaatst: 6 november 2013

Relatie met locatie: bloembollenpoëzieroute

Initiatiefnemer: Adri de Roon

Boek: In Memoriam (1850)

Opmerkingen of wetenswaardigheden: fragment op de tegel: Bring orchis, bring the foxglove spire, / The little speed well's darling blue, / Deep tulips dash’d with fiery dew, / Laburnums, dropping-wells of fire. vertaling: Breng orchidee, breng vingerhoed, / Van ereprijs dat lieve blauw, / Tulpen fonkelend van de dauw / Goudenregen, in overvloed Alfred, Lord Tennyson (1809-1892) was een Engelse dichter, één van de belangrijkste van Groot-Brittanië. In zijn werk komen mythologische onderwerpen, zoals de Arthur legende, geregeld voor. In 1850 werd hij benoemd tot Dichter des Vaderlands (‘Poet Laureate’) als opvolger van William Wordsworth die hier in Lisse ook op straat te vinden is. Het was ook het jaar dat hij in het huwelijk trad met Emily Sellwood, hartsvriendin uit zijn jeugd. Maar 1850 was vooral het jaar dat dit vers verscheen, het 81ste van 129 canto’s die samen het ‘In Memoriam’ vormden voor Tennyson’s jong gestorven studie-vriend Arthur Hallam (1811-1833). Ze ontmoeten elkaar in april 1829 in Cambridge. Ook Hallam was dichter. Hij verloofde zich een jaar later met Tennyson’s zus, Emilia. Hij overleed plotseling, in Wenen, aan een hersenbloeding. Meteen datzelfde jaar begon Tennyson’s aan een lang gedicht, uiteindelijk meer dan 2900 regels, dat in 1850 anoniem verscheen. Hij beschrijft zijn vriend en zijn verdriet maar bespiegeld ook op religieuze en natuurwetenschappelijke onderwerpen. Het gedicht werd enorm gewaardeerd, door critici en lezerspubliek. Koningin Victoria was een bewonderaar en putte er troost uit nadat haar man in 1861 overleed. Na het succes van de eerste editie voegde Tennyson in 1851 nog twee canto’s toe. Zo werd dit gedicht nummer LXXXIII. De titel ‘Spring‘ is er later pas aan toegevoegd.

Meer info: http://adrideroon.nl/spring-alfred-lord-tennyson

Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.