Toen wij ongebreideld door jaren
dansten en praatten,
kwam onvermijdelijk het weifelend daglicht
onze kleine uren binnen.
Wij wilden niet naar huis en zagen
de nacht vervluchten.
Tijdstip gevuld met
het afwezige bestaan van
hemellichamen, zweven in het niets
gaf een schok van herkenning.
Sterven en geboren worden
liggen in een wieg.
Nocturne
When we danced and talked
unbridled through the years
daylight inevitably wavered
into our wee hours.
Not wanting to go home, we
watched night dissolve into day.
Interval filled with the
absent existence of
heavenly bodies, suspension in space
jolted us into epiphany.
Dying and being born
share the same crib.
Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar
info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.