ruiters van de stad
wij zijn gewetenloze ruiters
wij roken rauwe diessellucht
wij drinken steenkoolzwarte koffie
wij zijn de ruiters van de stad
als de avond paarsblauw aanloopt
gromt ons bloed vol ongeduld
leun ik samen met mijn makkers
losse gordels, nachttoeslag
bedrieglijk lui over het rendier
wachtend op naïeve prooi
als jachtige uilen bespieden wij klandizie
met losgeknoopte bloezen slaan wij toe
wij slepen hoeren in het zadel
eten friet en zijn nooit moe
mijn donderpaard trekt rubber sporen
verscheurt het doorgedronken volk
want wij zijn ruiters
wij roken rauwe diessellucht
wij drinken steenkoolzwarte koffie
wij mennen het geweten van de stad
maarten van de berg
Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar
info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.