Wenn aus der Ferne

Wenn aus der Ferne, da wir geschieden sind,
Ich dir noch kennbar bin, die Vergangenheit,
O du Teilhaber meiner Leiden!
Einiges Gute bezeichnen dir kann,

So sage, wie erwartet die Freundin dich?
In jenen Gärten, da nach entsetzlicher
Und dunkler Zeit wir uns gefunden?
Hier an den Strömen der heilgen Urwelt.

Das muß ich sagen, einiges Gutes war
In deinen Blicken, als in den Fernen du
Dich einmal fröhlich umgesehen,
Immer verschlossener Mensch, mit finstrem

Aussehn. Wie flossen Stunden dahin, wie still
War meine Seele über der Wahrheit, daß
Ich so getrennt gewesen wäre?
Ja! ich gestand es, ich war die deine.

Wahrhaftig! wie du alles Bekannte mir
In mein Gedächtnis bringen und schreiben willst,
Mit Briefen, so ergeht es mir auch,
Daß ich Vergangenes alles sage.

Wars Frühling? war es Sommer? die Nachtigall
Mit süßem Liede lebte mit Vögeln, die
Nicht ferne waren im Gebüsche
Und mit Gerüchen umgaben Bäum’ uns.

Die klaren Gänge, niedres Gesträuch und Sand,
Auf dem wir traten, machten erfreulicher
Und lieblicher die Hyazinthe
Oder die Tulpe, Viole, Nelke.

Um Wänd und Mauern grünte der Efeu, grünt'
Ein selig Dunkel hoher Alleen. Oft
Des Abends, Morgens waren dort wir,
Redeten manches und sahn uns froh an.

In meinen Armen lebte der Jüngling auf,
Der, noch verlassen, aus den Gefilden kam,
Die er mir wies, mit einer Schwermut,
Aber die Namen der seltnen Orte

Und alles Schöne hatt’ er behalten, das
An seligen Gestaden, auch mir sehr wert,
Im heimatlichen Lande blühet
Oder verborgen, aus hoher Aussicht,

Allwo das Meer auch einer beschauen kann,
Doch keiner sein will. Nehme vorlieb, und denk
An die, die noch vergnügt ist, darum,
Weil der entzückende Tag uns anschien,

Der mit Geständnis oder der Hände Druck
Anhub, der uns vereinet. Ach! wehe mir!
Es waren schöne Tage. Aber
Traurige Dämmerung folgte nachher.

Du seiest so allein in der schönen Welt,
Behauptest du mir immer, Geliebter! das
Weißt aber du nicht — — — —.

Dichter(s): Friedrich Hölderlin

Locatie: Heereweg 204, Lisse, Nederland

Taal: Duits

Relatie met locatie: bloembollenpoëzieroute

Initiatiefnemer: Adri de Roon

Boek: Gesammelte Werke (1921)

Opmerkingen of wetenswaardigheden: fragment op de tegel: Die klaren Gesänge, niedres Gesträuch und Sand, / Auf dem wir traten, machten erfreulicher / Und lieblicher die Hyazinthe / Oder die Tulpe, Viole, Nelke. vertaling: De heldre paden, ‘t lage gewas, het zand, / waarop wij traden, alles werd vriendlijker / en lieflijker door ‘t feest van anjers, / tulpen, viooltjes, hyacinten. (Ad den Besten, 2011) NB: In deze zevende strofe (van dertien totaal, de laatste niet voltooid) schreef Hölderlin ‘Gänge’ (paden). Op de tegel is dat ‘Gesänge’ (liederen) geworden. Dat ligt niet alleen aan bloemlezer en steenhouwer, maar blijkbaar ook aan de Duitse site van Gutenberg.org waar die versie te vinden is, alsmede op andere plaatsen op het internet. Friedrich Hölderlin (1770-1843) was filosoof en dichter. Hij werkte onder andere samen met zijn vrienden Hegel en Schelling. Bij leven was hij vooral vermaard om zijn filosofische brievenroman Hyperion (1797, 1799), die zich afspeelt tijdens een Griekse opstand (in 1770). Eind 18e eeuw kreeg hij een zenuwinzinking. In 1807 werd zijn geestesaandoening ongeneeslijk verklaard. De torenkamer in Tübingen waar hij de volgende 36 jaar verbleef is sindsdien naar de dichter vernoemd. Hij bleef ondertussen schrijven. Voor zijn dood werden er nog twee bundels gepubliceerd (in 1836 en 1842) die echter voornamelijk zijn vroege werk bevatten. Pas in de 20e eeuw ontstond er hernieuwde interesse in zijn vernieuwende poëzie en werd zijn complete oeuvre uitgegeven. Dit gedicht wordt gerubriceerd onder de ‘Späteste Gedichte’. Het heeft echter ook enige verwantschap met de Odes aan Diotima, die Hölderlin schreef in 1796-1798. Hij werkte indertijd als tutor en kreeg een liefdesrelatie met de moeder van zijn pupillen. Hij doopte haar in zijn verzen Diotima. In de gedichten die hij aan haar wijdde komen gevoelens van verlangen en natuurlyriek ook samen, net als in dit vers.

Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.