Wij groeien vast in tal en last, Ons tweede Vaders klagen.
Ay ga niet voort door dese poort, Of helpt een luttel dragen
Hier treurt het Weeskint, met gedult,
Dat arm is sonder zyne schult,
En in zyn armoë moet vergaan,
Indien gy 't weigert by te staan,
Zo gy gezegent zyt van Godt,
Vertroost ons uit uw overschot
Geen armer Wees op aarde zwerft,
Dan die der Weezen Vader derft.
Der Weezen Vader derft hy niet,
Die Weezen troost in haar Verdriet.
Dies sla uw oogen op ons neer,
Ons allerVader troost u weer.
Terug naar overzicht
Vind je dat er informatie over dit gedicht ontbreekt? Stuur een mail naar
info@straatpoezie.nl met de titel en locatie van het gedicht en de aanvullende informatie.